
Dag lieve lezer, ik ben blij dat je er weer bent.
Da’s fijn.
Toen ik zaterdagnamiddag uit het raam van mijn creatief paradijsje de tuin in keek, zag ik de vogeltjes rondfladderen, duikvluchten nemen, ze leken druk in de weer te zijn. Ik had hier en daar al eentje op prospectie zien piepen in een nestkastje.
Die gevleugelde vriendjes voelen de kou al aankomen, zat ik te denken.
Ik stelde me voor dat ik buiten een koudegolf moest trotseren, met wind, sneeuw en ijs… Brr…
Hoe kan ik helpen? Wat kan ik doen?
Ik voorzie ze sowieso van eten en drank… dat is al iets hé.
Zouden ze geholpen zijn met een schuilhokje, waar ze droog en uit de wind kunnen zitten, kunnen overnachten?
Geen vaste woon- of nestplaats, maar een plekje om wat beschermd te zitten, wat te bekomen, of wat dan ook.
Ik zocht en vond: een stuk groene draad, een oude boodschappentas, en dik garen en een dikke naald. Ik had geen echt plan, Het zou wel komen, eens ik begon…
De zwarte kabas kon tegen de regen met zijn waterbestendigheid.
De groene draad gaf structuur en stevigheid.
Het gele garen en wat creativiteit verbonden de losse stukken tot een soort hangbuidel, een prototype althans, of zo iets in die zin.
Ik ging aan de slag en vergat in mijn enthousiasme de tijd.
Ik was best fier op mijn ontwerp, dat zo spontaan was gegroeid.
Dat gaf me een goed gevoel.
Dat was alvast mooi meegenomen.
Ik zocht een plaatsje in een grote struik om het schuilplekje op te hangen. De vogeltjes hielden me nauwlettend in de gaten. Ze kwamen bijzonder nabij al post vatten.
Ik werd daar nog een stuk beter gezind van, ook toen ik zag dat het dakje op het hokje niet helemaal op de juiste plaats stond.
Een scheef afdak, daar konden ze vast wel mee leven, dat namen ze me toch niet kwalijk, hoopte ik.
Vol verwachting voelde ik mijn hart kloppen.
Als een klein, nieuwsgierig en zielsgelukkig meisje nam ik plaats op een stoel bij het raam. Vastberaden en vol tijdloos geduld.
Ik zal wachten tot ze komen.
Zelfs als ze niet komen ben ik blij dat ik mijn kinderhartje heb voelen jubelen en lachen. Dat zit er nog… en da’s goed.
De vogeltjes zullen zeker en vast wel begrijpen wat de bedoeling is van dat zwarte ding in hun struik.
Nu is het wachten geblazen.
En hopen.
Het komt vast goed.
Ik wens je een heel fijne dag, vol verwachting en verwondering.
Een dag vervuld met klein geluk.
Dikke knuffel.
❤️